vrijdag 7 april 2017

Opdracht 4, onderwerp 4: Antisociale persoonlijkheidsstoornis (APS)


Antisociale persoonlijkheidsstoornis (APS), ook wel bekend als dissociale persoonlijkheidsstoornis (DPS) en sociopathie, is een persoonlijkheidsstoornis die gekenmerkt wordt door een diepgaand patroon van minachting voor, of schending van de rechten van anderen. Wat vaak duidelijk naar voren komt is: een uitgeput moreel besef of geweten evenals: een geschiedenis van misdaad, impulsief en agressief gedrag of juridische problemen.

Antisociale persoonlijkheidsstoornis is de naam van de aandoening zoals beschreven in de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM). Dissociale persoonlijkheidsstoornis (DPS) is de naam van een vergelijkbaar begrip gedefinieerd in de International Statistical Classification of Diseases and Related Health Problems (ICD), hier staat in dat de diagnose antisociale persoonlijkheidsstoornis bevat. Beide handleidingen hebben vergelijkbare maar niet identieke normen voor de diagnose van de aandoening.

Symptomen
Antisociale persoonlijkheidsstoornis wordt bepaald door een aanhoudende en aandringende minachting voor moralen, de rechten en gevoelens van anderen en sociale normen. Personen met deze stoornis hebben meestal geen spijt van het exploiteren van andere (vaak op een manier waarop het schadelijk is voor het slachtoffer), voor hun eigen gewin en/of plezier. Ze manipuleren en bedriegen vaak andere mensen. Dit bereiken ze door middel van humor en een façade van oppervlakkige charme, of door middel van intimidatie en geweld. Ze kunnen arrogant zijn en kijken vaak neer op anderen. Ook hebben ze een gebrek aan berouw voor de schade die ze aanrichten. Onverantwoordelijkheid is een van de belangrijkste kenmerken van deze aandoening: ze kunnen problemen hebben bij het houden van een baan, maar ook bij het vervullen van hun sociale en financiële verplichtingen. Mensen met deze aandoening leiden een leven waarin ze mensen uitbuiten.Afbeeldingsresultaat voor Antisocial personality disorder

Mensen met antisociale persoonlijkheidsstoornis zijn vaak roekeloos en impulsief, en negeren de gevolgen van hun daden. Zij kunnen herhaaldelijk zichzelf en andere in gevaar brengen. Ze zijn vaak agressief en vijandig en geven een ontregeld humeur weer, ze kunnen heftig uithalen met frustratie. Ook zijn ze gevoelig voor het misbruiken en de verslaving aan drugs, dit is erg gebruikelijk bij deze groep mensen. Dit gedrag zorgt er voor dat ze vaak in conflict komen met de wet, en veel mensen met ASPD hebben een uitgebreide geschiedenis van antisociaal gedrag en strafrechtelijke inbreuken die voortvloeien uit hun jeugd.

Ernstige problemen met interpersoonlijke relaties worden vaak gezien bij mensen met deze aandoening. Emotionele bindingen zijn vaak zwak, en interpersoonlijke relaties draaien vaak om manipulatie, uitbuiting en misbruik van anderen. Terwijl ze over het algemeen geen problemen hebben met het aangaan van relaties, kunnen ze wel problemen hebben bij het in stand houden en handhaven van deze relaties. Relaties met familieleden en verwanten zijn vaak gespannen als gevolg van hun gedrag en de veelvuldige problemen waar deze mensen verstrikt in kunnen raken.



Antisociale gedragsstoornis
Terwijl antisociale persoonlijkheidsstoornis een psychische stoornis is die gediagnosticeerd wordt in de volwassenheid, heeft het een voorafgaande stoornis in de kindertijd. De DSM-5 criteria voor APS vereist dat de individu gedragsproblemen heeft van zijn 15de levensjaar. Aanhoudend antisociaal gedrag, en een gebrek aan respect voor anderen in de kindertijd en adolescentie is bekend als antisociale gedragsproblemen en is de voorloper van APS. Ongeveer 25-40% van de jongeren met deze gedragsstoornis zal worden gediagnosticeerd met APS als ze volwassen zijn.

Antisociale gedragsstoornis is een aandoening gediagnosticeerd in de kindertijd waarbij de kenmerken vergelijkbaar zijn bij APS, en worden gekenmerkt door een herhalend en aanhoudend gedragspatroon waarbij de fundamentele rechten van anderen of belangrijke normen voor die leeftijd geschonden worden.

Kinderen met deze stoornis vertonen vaak agressief en impulsief gedrag, kunnen harteloos en bedrieglijk zijn, en kunnen zich herhaaldelijk bezighouden met kleine criminaliteit, zoals vandalisme of diefstal, of vechten met andere kinderen en volwassenen. Dit gedrag is aanhoudend en kan moeilijk af te leren zijn doormiddel van straffen. ADHD is gebruikelijk bij deze kinderen, en ze kunnen ook deelnemen aan drugsmisbruik. Antisociale gedragsstoornis is anders van oppositioneel-opstandige gedragsstoornis (ODD), dit kun je zien aan dat: kinderen met ODD geen agressieve dingen doen bij andere mensen, dieren en goederen. Veel kinderen met ODD worden vervolgens opnieuw gediagnosticeerd met Antisociale gedragsstoornis.

Oorzaken en pathofysiologie
Persoonlijkheidsstoornissen worden veroorzaakt door een combinatie en interactie van genetische en omgevingsinvloeden. Genetisch, is de innerlijke temperamentvolle neigingen zoals bepaald door hun genetisch beïnvloedde fysiologie. En bij omgeving gaat het om, de sociale en culturele ervaringen van de persoon in de kindertijd en adolescentie. Denk hierbij aan: familie dynamiek, peer-invloeden en sociale waarden.

Genetisch
Uit onderzoek naar genetische associaties bij antisociale persoonlijkheidsstoornis blijkt dat het een sterke genetische basis heeft. De invloed van APS is hoger bij mensen die een verwant hebben die de aandoening ook heeft. Tweeling studies, die ontworpen zijn om onderscheid te maken tussen genetische en omgevingsinvloeden, tonen aan dat er veel invloed is van genen bij antisociale persoonlijkheidsstoornis maar ook bij antisociale gedragsstoornis.

Van de specifieke genen de betrokken kunnen zijn, is er één gen dat bijzonder belangrijk blijkt te zijn hierin is het is: monoamine oxidase A (MAO-A) gen. Dit is een enzym dat monomamine neurotransmitters, zoals serotonine en norepinefrine afbreekt. Verschillende studies die de relatie tussen het gen en het gedrag onderzoeken, suggereren dat varianten van het gen die leidt tot het minder produceren van MAO-A, zoals 2R en 3R allelen, van het promotorgebied associaties hebben met agressief gedrag. De associatie wordt ook beïnvloed door negatieve ervaringen in het begin van het leven, bij kinderen in het bezit van een laag activiteit variant (MAOA-L) en die mishandeling hebben ervaring, is er ook meer kans op antisociaal gedrag dan bij kinderen met een hoog activiteit variant (MAOA-H). Ook al worden de omgevingsinteracties (zoals emotionele mishandeling) onder controle worden gehouden, blijft er toch een kleine associatie tussen MAOA-L en agressie.

Het gen dat de serotonine transporter codeert (SCL6A4), is een gen dat zwaar wordt onderzocht voor zijn associatie met andere psychische stoornissen, het is een ander gen van belang bij antisociaal gedrag en persoonlijkheidskenmerken. Genetische associatie studies suggereren dat de korte ‘’S’’ allel geassocieerd wordt met impulsief antisociaal gedrag en APS bij gedetineerde. Echter, uit onderzoek naar psychopathie is gebleken dat de lange ‘’L’’ allel geassocieerd wordt met de factor 1 kenmerken van psychopathie. Voorbeelden van deze kenmerken kunnen zijn: gebrek aan empathie, onbevreesdheid en goed zijn in het manipuleren van anderen. Dit suggereert twee verschillende vormen, één meer geassocieerd met impulsief gedrag en emotionele instabiliteit, en de andere met agressie en affectieve verstoring.

Fysiologie
Traumatische gebeurtenissen kunnen leiden tot een verstoring van de standaard ontwikkeling van het centrale zenuwstelsel, die een afgifte van hormonen kan genereren wat het normale patroon van ontwikkeling kan veranderen. Agressiviteit en impulsiviteit behoren tot de mogelijk symptomen van APS. Testosteron is een hormoon dat een belangrijke rol speelt bij agressiviteit in de hersenen. Neem als voorbeeld: criminele die zware geweldsmisdrijven hebben gepleegd, hebben vaak hogere niveaus van testosteron in zich dan de gemiddelde persoon. Het effect van testosteron wordt tegengewerkt door cortisol, dit hormoon vergemakkelijkt de cognitieve controle op impulsieve neigingen.

Neurologie
Onderzoekers associëren verwondingen aan het hoofd met antisociaal gedrag. Sinds 1980, hebben wetenschappers traumatisch hersenletsel, waaronder schade aan de prefrontale cortex, verbonden met een onvermogen om morele en sociaal aanvaardbare beslissingen te nemen. Kinderen met vroege schade aan de prefrontale cortex kunnen het sociaal of moreel redeneren misschien nooit volledig ontwikkelen en worden hierdoor ‘’psychopathische individuen’’.. gekenmerkt door een hoge mate van asociaal gedrag en agressie zonder dat ze een schuldgevoel hebben of empathie laten zien voor hun slachtoffers. Antisociaal gedrag wordt verbonden met een verminderde grijze stof in de rechter lensvormige kern, het eiland van Reil, en de frontopolar cortex. Toegenomen grijze stof zijn waargenomen in de rechter spoelvorming winding, het onderste wandkwabje, de gordelwinding, en de achterste centrale winding.

Mensen die antisociaal gedrag vertonen laten een verminderde activiteit in de prefrontale cortex zien. De prefrontale cortex is betrokken bij een groot aantal uitvoerde functies waaronder: gedrag remmingen, vooruit plannen, het bepalen van de gevolgen van een actie en het onderscheid tussen goed en kwaad.Afbeeldingsresultaat voor antisocial personality disorder brain

Omgeving
Sommige onderzoeken suggereren dat de huiselijke en sociale omgeving veel bijdraagt aan de ontwikkeling van antisociaal gedrag. Bij de ouders van deze kinderen is antisociaal gedrag aangetoond, en dit kan overgenomen worden door hun kinderen.

Behandeling
APS is een van de moeilijkste persoonlijkheidsstoornissen om te behandelen. Door hun lage capaciteit voor medelijden, hebben mensen met APS vaak onvoldoende motivatie en hebben moeite met het zien van de kosten van hun asociale acts. Vaak doen ze net alsof ze medelijden hebben in plaats van dat ze echt proberen te veranderen: ze kunnen verleidelijk charmant en oneerlijk zijn, ook kunnen ze medepatiënten en personeel manipuleren tijdens de behandeling. Onderzoeken hebben aangetoond dat ambulante therapie waarschijnlijk niet succesvol is, maar de mate waarin mensen met APS helemaal niet reageren op therapie is overdreven. Residentiële programma’s die een zorgvuldige gecontroleerde omgeving van begeleiding en structuur bieden, samen met peer confrontatie worden aanbevolen. Er is enig onderzoek geweest naar de behandeling van APS, dat positieve resultaten voor therapeutische interventies weergaven. Schema therapie wordt ook onderzocht voor de behandeling van APS. Een recensie van Charles M. Borduin is voorzien van de sterke invloeden van multisysteemtherapie (MST), die mogelijk deze kwestie zou kunnen verbeteren. Deze behandeling vereist echter volledige samenwerking en participatie van alle gezinsleden. Sommige onderzoeken hebben aangetoond dat de aanwezigheid van APS bij een patiënt niet de behandeling van andere aandoeningen, zoals drugs misbruik, belemmerd, hoewel andere onderzoeken tegenstrijdige bevindingen hebben.

Therapeuten die werken met personen met APS kunnen aanzienlijke negatieve gevoelens hebben tegenover patiënten met een uitgebreide geschiedenis van agressie, uitbuiting en misbruik. In plaats van het proberen om een gevoel van geweten bij deze personen op te wekken, wat erg moeilijk is gezien de aard van de aandoening, zijn therapeutische technieken vooral gericht op rationele en utilitaire argumenten tegen het herhalen van fouten uit hun verleden. Deze aanpak richt zich vooral op het tastbare, materiële waarde van pro sociaal gedrag en op het zich onthouden van antisociaal gedrag. Echter, het impulsieve en agressieve karakter van de mensen met deze aandoening kan de effectiviteit van de therapie beperken.

Het gebruik van geneesmiddelen bij de behandeling van antisociale persoonlijkheidsstoornis is nog maar weinig onderzocht, en er is nog geen medicijn goedgekeurd door de FDA om APS te behandelen. Niettemin kunnen medicatie zoals: antipsychotica, antidepressiva, en stemmingsstabilisatoren gebruikt worden om symptomen zoals impulsiviteit en agressiviteit tegen te gaan. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten